Luitingh, 2002. 1e druk. Paperback. Antiquarisch: goede staat.
De Stormridders zetten hun prachtige gevleugelde hengsten neer op de verheven tinnen van de Isse Toren. Ver daaronder, in de diepe krochten vasn de burchtstad, wonen de bedienden, die elkaar gruwelijke verhalen vertellen over de onbekende wereld daarbuiten.
Juist de minste van de minsten, een gehavende, verachte vondeling zonder stem, waagt het de Isse Toren te beklauteren en aan boord van een Windschip te glippen.
Imrhien gaat op reis naar Caermelor, op zoek naar een wijze vrouw die het talent heeft de vondeling een ander leven te geven. Onderweg moet Imrhien een woestenij van eindeloos gevaar overleven. Terwijl de avonturen almaar levensbedreigender worden, komt iets verschrikkelijks aan het licht.*